Wist je dat?

Binnen IT recruitment komen wij erg veel IT termen tegen. IT vacatures staan vol met specifiek IT jargon. Dat kan soms verwarrend zijn. Wij vonden een artikel op internet dat wij graag met jullie delen! Computerworld geeft een leuk inkijkje in onze IT wereld. Werk jij in de IT sector en staat jouw IT term hier niet bij? Laat het ons weten via: #ITjargonTSC

Zie hieronder een overzicht van het IT jargon

  1. Integrale aanpak van Cybersecurity: Met z’n allen.
  2. Vendor lock in: Frustrerende koppelverkoop.
  3. Function creep: Functieverschuiving. Dikwijls van wereld verbeteren naar surveillance.
  4. Agile: Snel, sneller, snelst en wendbaar software ontwikkelen.
  5. Datagraaien: Aftappen zonder aantoonbaar resultaat.
  6. Security through obscurity: Wat de hacker niet kent, hackt hij niet.
  7. Bug: Softwarefoutje.
  8. Backdoor: Per ongeluk expres gemaakt softwarefoutje.
  9. Patch: Pleister op data-bloedende wond.
  10. C2000: Handig communicatiesysteem dat levens kan kosten.
  11. Cloud: Dat je bestanden bij een ander staan opgeslagen.
  12. Downloaden: Geen uploaden.
  13. Uploaden: Geen downloaden.
  14. NFC: Draadloos chipje.
  15. Scope: Waar de grenzen in den beginne lagen.
  16. Scope creep: Het ongemerkt oprekken van de grenzen.
  17. DDoS-aanval: Doelbewuste overbelasting van website of dienst.
  18. Besturingssysteem / OS: Dat ding met de startknop in de computer. Ook bekend als Windows. Iets anders is er niet.
  19. Browser: Knopje voor het internet.
  20. Deep web: Wat je niet via Google vindt. Obscuur en vooral heel veel.
  21. Encryptie: Systeem om boodschappen te verhullen. Noot: Ivo zegt dat het passé is.
  22. Legacy: Dingen die je in de maag gesplitst krijgt. Zeg maar de erfenis van die oom die alleen maar schulden had. Maar dan met computers.
  23. ITIL: Communicatiemethode om bureaucratie af te dwingen bij niet-ambtenaren.
  24. Smartphone: Mobieltje met een groter scherm en je kunt er van alles mee. Mark twittert ermee.
  25. Facebook: Modern communicatieplatform waar gebruikers ‘posts’ schrijven waarop weer kan worden gereageerd. Job weet hier meer over.
  26. Middleware: Verbindingsprogramma, essentieel onderdeel.
  27. ERP-systeem: Intern bedrijfsprogramma dat qua efficiëntie afhangt van de gebruiker.
  28. Geofencing: GPS-afbakening.
  29. Peer-to-peer: Communistisch computernetwerk waarop bestanden worden uitgewisseld.
  30. Sysadmin: Computerbaas.
  31. Hardware: Alles met een chip erop.
  32. Software: Alles wat je niet kunt vasthouden.
  33. Processor: Hart van de computer.
  34. Upgrade: Duur nieuw systeem.
  35. Moederbord: Zenuwstelsel van de computer.
  36. Programmeren: Code kloppen.
  37. Geek: Vroeger gepest, nu computerbaas.
  38. Cyber: Digiroboheelal.
  39. USB: Koppeling met gadgets.
  40. CMS: Invoersysteem.
  41. Server: Dikke hoofdcomputer.
  42. Twitter: Digitaal schoolplein.
  43. Bluetooth: Handig om zo’n kek draadloos headsetje te dragen.
  44. Sprint: Opleving van programmeurs.
  45. VPN: Donkere tunnel naar internet(diensten).
  46. Bitcoin: Digitale munt zonder belastingheffing, waarde kan fluctueren.
  47. Hacker: Cyberboefje.
  48. Windows: N00b-versie van Linux.
  49. SNAFU: Alles gaat zoals gebruikelijk mis.
  50. Faal: Zie SNAFU.

Anderen keken ook: Sollicitatietips 2.0 | IT vacatures | Nieuws

Bron: Computerworld